Het is vrijdag ongeveer half zeven ’s avonds als we op de Gouwzee, op weg naar de startlijn voor Volendam, tegemoet gevaren worden door een grote Hallberg Rassy met, net als wij, een gele wedstrijdvlag. “Die gaat de verkeerde kant op, da’s raar.” En even later: “Ja hoor, maar díe kennen we!”
Nienke, Bas en z’n ouders zijn ons tegemoet gevaren; Zij zullen ook starten vanuit Volendam. Gezellig! (Of zoiets, want erg veel zullen we de komende 24 uur niet meer van ze zien.)
We melden ons bij het startschip en direct na het startsignaal zien we de Minnehaha zo ongeveer aan de horizon verdwijnen. Mooie start, Bas! Onze start is ook niet slecht… En ach, wat maakt het uit op 24 uur?
Schitterend
Als de nacht invalt blijkt -ie, in één woord, schitterend. In plaats van de voorspelde buien houden we het volledig droog. Nog sterker, de hemel is bedekt met meer sterren dan ik ooit in Nederland heb gezien. Er vallen er zelfs een paar… Make a wish!
Met de iBook vol waypoints is het simpel een route uitzetten. We maken urenlang lekker vaart op lange rakken, met tussen de 6 en 7 knopen op ’t log tikken de mijltjes lekker bij. Maar al in de loop van de avond begint de omvormer te piepen: de accu heeft al niet meer genoeg power. Damn, had ik ‘m van tevoren dan toch even vol moeten laden?
Oei
De iBook gaat snel in standby-mode, die zetten we alleen even aan bij het kiezen van nieuwe rakken. En de instrumenten, die doen we ook maar uit. En later ook de salonverlichting, de instrumentenverlichting, … Oei, gaan we nog wel voldoende stroom over hebben om de nacht uit te zingen met dat cruciale navigatielicht?
Wind weg
Het ochtendgloren breekt gelukkig op tijd door en we ronden ons laatste rakje op het Markermeer af. Op weg naar Enkhuizen krijgen we een voorproefje van hoe de rest van de dag zal zijn: de wind valt bijna helemaal weg.
Na een uurtje klooien brengt de spi ons bij het Enkhuizer Naviduct, waar de motor even gestart mag worden. Lekker, even de accu een beetje opladen. In de sluis laat ik de motor maar even, in z’n vrij, op volle toeren draaien.
Te ambitieuze rakken
Zodra we Enkhuizen voorbij zijn blijkt meteen dat de voorgenomen lange rakken naar de boeien Sport A & B (bij de Afsluitdijk) veel te ambitieus te zijn. Er is nauwelijks wind. Telefonisch overleg leert dat de Minnehaha al in de ochtend besloten heeft om niet te ver bij de finish meer vandaan te zeilen en al snel komt bij ons de gedachte op: We mogen blij zijn als we Medemblik überhaupt gaan halen, als de wind zo blijft.
Urenlang dobberen we, dan weer ruime wind met een – meestal inklappende – spinnaker, dan weer met de lichte genua hoog aan dat ene zuchtje wind. We zijn gelukkig niet de enigen en ’t is een bizar gezicht: een meer vol met honderden boten, die allemaal blijven proberen. En op het vlakke water hoor je dat op veel van die boten de meligheid toeslaat: van alle vreemde geluiden klinken de lachsalvo’s het verst.
Stukje bij beetje varen we, met honderden boten “op de hielen”, uiteindelijk in de richting van de finish. En als we bij de laatste te ronden boei zijn aangekomen groeit bij iedereen de hoop: we zouden het kunnen halen, maar dan moeten we nu echt doorzetten.
Op de minuut
En we halen het… op de minuut. Op de eerder geplaatste foto’s wordt duidelijk dat we nét voldoende hebben doorgezet. Op het allerlaatste moment vóórdat de strafmijlen werden toegerekend bereiken we de eindstreep. En het is goed te zien dat er nog heel wat bootjes achter ons lagen, waarvoor dat niet gold. Met geheven hoofd varen we het nu al overvolle Medemblik in: We mogen zeker trots zijn op ons resultaat.
Wat een race weer, ’t was geweldig! (Alleen jammer dat we de volgende dag, op de thuisreis, onze giek doormidden voeren… wordt vervolgd.)