Vanuit Guernsey moeten we langzaam aan gaan nadenken over de terugreis. Alderney ligt net boven Guernsey en is dus formeel een stap richting huis, zij het een kleintje. Maar ’t is wel prima springplank naar de Franse kust. En met de vele knopen stroom ben je er zo. Vertrekkend uit St. Peter Port besluiten we daarom om een klein omweggetje om het mini-eiland Herm te maken.
En dan ontdek ik, min-of-meer toevallig, een lek in het koelsysteem van de motor. Daar waar koud zeewater ingepompt wordt, druipt een behoorlijke hoeveelheid water langs de motor de bilge in. Not good.
Damn
Tijdens het zeilen probeer ik e.e.a. op te lossen: Het is vast de aanvoerslang! Die maak ik iedere winter even los om het water eruit en anti-vries erin te laten – en in de lente vice versa. Maar helaas, verder dichtmaken en aandraaien helpt niets. Blimey. De flens van de impellor? Nop. De afvoerslang? Too bad. Het lek blijkt echt achterop het pomphuis te zitten. En daar doe ik zelf niet zoveel aan, behalve stelpen. Damn! Hoe kan dit nou weer, zo vlak na een servicebeurt?
We besluiten om terug te keren naar Guernsey. Op Alderney is niet zoveel en er zal ook wel geen goeie monteur zijn. (Later horen we dat dit meevalt.) En de eerste de beste monteur die ik bel, nog onderweg naar St. Peter Port, belooft meteen de volgende ochtend langs te komen. (Inmiddels is de ochtend bijna voorbij maar de goede man heeft het een beetje druk. We wachten nog even af, maar het middagtij kunnen we shaken.)
Aan het eind van de middag liggen we dus weer te wachten voor de Victoria Marina, totdat de drempel voldoende water boven zich heeft om ons binnen te laten.
En we zijn niet alleen
Blijkbaar zijn meer mensen van plan om vanavond, vanaf 23:00 uur NL-tijd, de haven in te gaan. Steeds meer boten komen langszij aan de wachtsteiger, waar wij als eerste in een rij aan vastlegden. Voor en achter ons stapelt men de boten lekker door. Maar onze rij is de recordhouder: Op het hoogtepunt van het hele circus liggen er 16 boten zij-aan-zij aan onze boot vastgemaakt. De 4 stootwillen aan walzijde zijn zo plat als uitgeperste sinaasappels; de dikke, extra landvast staat strakker dan de gemiddelde pillenslikkende kaalkop op zaterdagavond. Fototoestellen klikken en in een mengelmoes van Frans, Engels en Nederlands praat iedereen enigszins opgelaten over deze gekke drukte.
In gedachte zien we de mooie bolle wangetjes van ons bootje langzaam indrukken en haar dek omhoog komen. Maar ze is zo sterk als we verwachten en weert zich kranig tegen die vele tonnen druk. Als een tijdje vóór hoog water de havendienst de 80+ boten binnen een uurtje de haven in leidt, vinden we zelfs – als één van de laatsten in de haven – een prima plekje. G&T, anyone?
@lovefool_nl @BasL Dat klinkt als Duisburgse taferelen! Fijn dat jullue, en vooral ook de Lovefool, nog heel zijn 🙂 …op dat lek na dan!